De negende snor is een melksnor. Deze snor is uitstekend te combineren met hoogstaande literatuur.
De achtste snor treedt buiten zijn oevers.
Op de zevende snor kun je je voeten vegen. Ook je blote voeten.
De zesde snor zit op het gezicht van een man die een boek over rolschaatsen heeft geschreven.
De vijfde snor is – als u goed kijkt – een meeuw.
De vierde snor is een snor op een beker. Je vader is een snor.
De derde snor is een oranje snor die we alleen dragen als de koningin haar verjaardag viert of als Nederland tegen het Buitenland moet voetballen. [We drinken dan bier.]
De tweede snor is afkomstig van een blikje met snorrenpleisters.
Wie het kleine niet eert, is de plaksnor niet weerd.
De eerste snor is een plaksnor die ik zelf heb uitgeknipt.
Hier komen berichten over en portretten van (mensen met) snorren.