Ik ben op zoek naar mijn poëtica. In het najaar van 2015 toon ik elke week een videofragment van iets waar ik van hou (of juist niet) en breng ik dat in verband met wat literatuur volgens mij is, doet of moet doen.
Deze aflevering is anders dan alle anderen. Ik heb namelijk zelf een video gemaakt. Kuch. Dat zit zo: een paar jaar geleden kreeg ik van Dennis een hoofdstuk uit het boek Understanding comics van Scott McCloud. Daarin onderscheidt hij (Scott McCloud, niet Dennis) vier ‘kampen’ van comic artists. Hij schrijft:
Ask a thousand of them what they want out of comics, what makes it all worthwhile, or what it takes to succeed, and you’ll get a thousand different answers. But listen closely and you may notice some common themes. Shared ideals, shared values, shared goals. Like campfires, these are the underlying philosophies that creators have gathered around through the years. (…) These “campfires” don’t number in the thousands, though. In fact, I think that many artists are drawn to just four.
Wat die vier typen zijn, ga ik je nog niet verklappen. Wel dat Scott erover zegt:
How many artists settle for just one set of values though? (…) Most creators spend time at more than one “campfire” during their careers. But usually you can tell which one burns brightest for a given creator. And there’s almost always one of the four that burns rarely or not at all for them.
Omdat ik het zo lastig vond om te bepalen waar ik zelf sta, tussen die vier kampvuren, besloot ik na te gaan waar ik mijn helden zou plaatsen. Nu is het tijd voor de video:
(Het is mijn eerste film ever en dat zie je eraan af. Zo ben ik in mijn enthousiasme uitgeschoten met het aantal helden en met de variatie in muzikale overgangen. Toch wens ik je veel kijkplezier.)
Allereerst, sorry voor het enigszins teleurstellende einde (ik vond het zelf teleurstellend omdat ik geen duidelijk patroon ontdekte in de verdeling van mijn helden over de kampvuren, met als gevolg dat ik toch nog zelf moest bedenken waar ik dan sta).
Als we ervan uitgaan dat ik de helden wel (grofweg) op de juiste plek heb gezet, is het interessant om te merken dat ze zo verdeeld zijn over de kampvuren. Dat doet me toch goed. Ik vind al die kampen namelijk machtig interessant, ook al zijn sommige waarden tegenstrijdig (zo staat het streven naar schoonheid van de classicisten haaks op de echtheid en lelijkheid die de iconoclasten soms laten zien en staat de hang van de animisten naar een verhaal waarin de schrijver onzichtbaar is haaks op sommige kunst van formalisten waarin de vorm heel zichtbaar is). Ik vind het een goed teken dat mijn smaak gevarieerd is en dat ik in elk geval in het genieten van kunst vrijuit lijk te bewegen tussen verschillende waarden.
De hamvraag
De grote vraag is alleen: heb ik die helden wel goed ingeschat? Ik merkte dat het heel lastig was om ze een plek te geven. Soms wist ik wel dat een bepaalde waarde er voor een kunstenaar echt uitsprong of juist niet, maar hoe hij of zij zich dan verhield tot de overige waarden, kon ik maar moeilijk bepalen. Ook zou de verdeling vertekend kunnen zijn doordat ik mijn helden in relatie tot elkaar heb geplaatst. Ik probeerde het breed te houden door meteen met vier uitersten (een soort benchmarks) te beginnen, maar je hebt kans dat al deze kunstenaars alsnog in een klustertje bij elkaar zitten als je er meer namen en grotere extremen bij zou betrekken. Dit kan ik zelf lastig bepalen. Daarom:
Oproepje!
Ik zou heel graag van je willen weten hoe jij dit ziet. Het hoeft niet over deze 27 mensen te gaan, het mogen ook je eigen helden zijn. Reageer gerust onderaan deze pagina, dan starten we een gesprek.
Waarom ik sta waar ik sta
Wat ik in alle consternatie niet heb uitgelegd, is waarom ik mezelf tussen de animisten en de iconoclasten plaats. Ik merk in veel dingen die ik schrijf dat ik niet perse op zoek ben naar realisme, maar dat ik wel graag iets bloot zou leggen of zichtbaar zou maken dat anders impliciet blijft. Ik zie literatuur als een manier om de wereld beter of anders te leren kennen. Fictie is een goed middel om de werkelijkheid te vangen, dat geloof ik. Bij de animisten hoor ik omdat ik als schrijver het liefst niet nadrukkelijk aanwezig ben in de verhalen en omdat ik vind dat de vorm in dienst moet staan van de inhoud (tenzij je kiest voor een soort vormexperiment, en dat is best iets dat ik vaker zou willen doen).
De classicisten en formalisten: ik ben jaloers op ze maar als ik kijk naar wat ik zelf maak is het niet uitgesproken mooi of experimenteel. Wel vind ik stijl heel heel belangrijk. Als een verhaal heel mooi is, maar slecht opgeschreven, kan ik daar zelden doorheen kijken. Ik hou van mooie taal en ik kies mijn woorden heel zorgvuldig.
Tegenstrijdigheden
Het laatste dat me in dit onderzoekje opviel, was dat ik veel helden toch tussen tegenstrijdige uitersten wilden plaatsen. Zo vind ik bijvoorbeeld dat Elfriede Jelinek de lelijkheid van het leven heel pijnlijk en scherp laat zien, maar tegelijk vind ik haar taal heel erg prachtig, ik zou elke zin wel willen onderstrepen. Maar misschien vind ik haar zinnen wel zo mooi, omdat ze die heftigheid laten zien. Misschien is wat ik mooi vind niet zozeer schoonheid maar eerder een soort raakheid.
Herhaling van het oproepje!
Ik wil heel graag weten hoe jij hierover denkt. Laat het me weten!
Verantwoording
De titel van deze blog is een knipoog naar Dennis, die de dichtbundel Ik en mijn mensen schreef.