Twee oude vrouwtjes

Twee oude vrouwtjes komen elkaar elke dag tegen bij de fontein op het pleintje. Het ene vrouwtje komt uit het noorden, het andere uit het westen. Ofschoon het maar om een paar honderd meter gaat, doen ze er de hele middag over om bij de fontein te komen. Om de twintig meter rusten ze uit.

Het ene vrouwtje vindt dat dit maar eens de dag moest zijn dat ze kennismaken. Ze schuifelt naar het andere vrouwtje, dat op de rand van de fontein zit en brood uitstrooit voor de duiven.
‘Goedemiddag,’ zegt ze.
Het andere vrouwtje reageert niet. Ze kijkt naar de duiven die dan weer dichterbij komen, dan weer geschrokken opfladderen en verderop neerstrijken.
‘Goedemiddag,’ zegt het ene vrouwtje nog een keer, en ze raakt zachtjes het haar van het andere vrouwtje aan. Het is wit, bijna doorschijnend.
Het andere vrouwtje kijkt op. ‘Dag,’ zegt ze.
‘Dag,’ zegt het ene vrouwtje en ze wijst naar de rand van de fontein.
‘Gaat u zitten,’ zegt het andere vrouwtje.
‘Ik zie u hier vaker,’ zegt het ene vrouwtje als ze zit. Haar wandelstok ligt dwars op haar schoot.
‘Wat zegt u?’ vraagt het andere vrouwtje.
‘U bent hier vaker.’
‘Wat zegt u?’
‘Ik zie u hier vaak.’
‘Het spijt me, ik kan u heel slecht verstaan.’
‘Wat zegt u?’ vraagt nu ook het ene vrouwtje. Die vervloekte doofheid, denkt ze. En daar dan overheen het ruisen van het water in de fontein. Vierentwintig uur per dag ruist het water. Als de bloedsomloop van het plein. Ze haalt diep adem en buigt helemaal naar voren. Tot haar lippen de oren van het andere vrouwtje bijna raken. ‘IK ZIE U HIER VAKER!’ roept ze.
‘Ja,’ glimlacht het andere vrouwtje. ‘Ja.’

Het ene vrouwtje zou nog veel meer willen zeggen. Dat het andere vrouwtje zulke prachtige blouses draagt. Dat de magnolia’s in bloei staan, terwijl het pas begin maart is. Dat ze vroeger veel van dansen hield. Dat ze de hele nacht kon dansen zonder ook maar een moment te pauzeren.
Maar het harde praten heeft haar uitgeput.

Het andere vrouwtje glimlacht bedroefd. Ze kijken naar elkaar en dan weer naar de duiven. Ze kijken naar de duiven tot het brood op is en de duiven hun belangstelling verliezen en vertrekken naar een plek waar meer te halen valt.

 

Twee oude vrouwtjes is één van ruim 50 zeer korte verhalen (zkv’s) die ik schreef voor het project Schrijver in huisDrie weken woonde en werkte ik in verzorgingshuis Vitalis Peppelrode in Eindhoven. Twee oude vrouwtjes is geïnspireerd op wat ik daar meemaakte en op het gelijknamige boekje van Toon Tellegen. Het verhaal wordt deze maand voor bewoners van Peppelrode op placemats gedrukt.

Placemat Vitalis Peppelrode schrijver in huis