Krenten

Het meisje met de blauwe oogschaduw at een krentenbol. Het was vreselijk smerig zoals ze dat deed. Ze knauwde de krenten met haar voortanden uit het brood. Eenmaal in haar mond sorteerde ze de brokjes met haar tong. Ze duwde ze één voor één kort naar voren waar ze voor omstanders goed zichtbaar waren, om ze vervolgens naar binnen te slurpen. Een paar keer schoot daarbij een krent in haar luchtpijp. Haar gezicht werd dan zo blauw dat je niet meer zag waar de oogschaduw ophield en de rest van het meisje begon. Dan twijfelde je of je moest ingrijpen. Of je iemand moest redden die zo walgelijk at. Die het stikken aan zichzelf te wijten had.