Oranje

Tijdens Oranjepop in Nijmegen maakte het los-vaste schrijverscollectief Waai live een zine. De zon scheen en het eerste aperitief kwam ver voor het avondeten. Ik besloot het luchtig te houden.

Waai maakte tijdens Oranjepop live een zine

Het was tijdens een brunch dat de minister-president de koningin terloops vroeg of ze haar naderende verjaardagstoespraak dit jaar wat moderner zou willen aankleden. Bijvoorbeeld met PowerPoint. De koningin schrok een beetje van het verzoek. Ze voelde er bijzonder weinig voor.
‘Kunnen we er geen referendum over houden?’, vroeg ze afwerend.
De minister-president schudde zijn hoofd.
‘We moeten het koningshuis niet te veel democratiseren,’ zei hij, ‘voor u het weet bent u uw jacht kwijt, of de koninklijke stallen. Als u voortaan een modernere toespraak wilt houden, omdat u zich daarmee beter weet uit te drukken en omdat het onderstreept dat u een vrijdenkende en bevlogen persoonlijkheid bent, dan doét u dat gewoon. U bent verdomme de koningin!’
‘Hell yeah!’ riep de koningin, meegesleept door de vurige woorden van de minister-president, want ze besefte ineens ten volle dat zij inderdaad verdomme de koningin was en dat dat privileges met zich meebracht. Ze was dat in de loop der tijd bijna vergeten.
‘Een PowerPoint dus’, besloot de minister-president.
‘Nou ja, of dat nou precies…’, protesteerde de koningin, maar de minister-president hoorde het al niet meer. Hij liep met energieke tred de trappen van het paleis af. Zijn zwarte lakschoenen glansden in de vroege lentezon. De koningin keek hem na door het raam.

Hoe onbeduidend deze gebeurtenis ook leek, in de koningin was iets wakker geschud. Geregeld prevelde ze nu: ‘Ik ben verdomme de koningin’. Ook als niemand het hoorde. En ze begon allerlei dingen te willen. Dingen die ze eerder niet had durven willen. Ze wilde bijvoorbeeld bij een motorclub en ze wilde geen steunzolen meer dragen, want die zaten niet lekker. En als de podotherapeut daarop zei dat het volk er op de lange termijn niks aan had, een koningin die slecht ter been was, dan schudde ze eigenwijs haar hoofd en zei: ‘Ik ben verdomme de koningin’, en dan stak ze een sigaret op, gewoon in de behandelruimte, om haar uitspraak kracht bij te zetten.

Ondertussen naderde haar verjaardag met rasse schreden en de koningin had nog geen seconde besteed haar PowerPointpresentatie. Ze was veel te druk met dingen wel en niet willen en hele sloffen sigaretten roken en motorbeurzen bezoeken en winkelen om zich daarmee bezig te houden. Ook begon ze, tot haar eigen verrassing, vijandige gevoelens jegens het volk te koesteren. Het scheen haar dat het volk haar vooral wilde dwarsbomen en ze wist eigenlijk niks aardigs of bemoedigends te verzinnen voor in haar toespraak. Ze kon natuurlijk de hulp van de minister-president inschakelen, want die schreef vaker haar toespraken, maar dat wilde ze deze keer niet en ze was verdomme de koningin!

Dus toen haar verjaardag ten slotte aanbrak en de koningin het zaaltje in het gemeentehuis betrad waar ze de toespraak zou houden, wist geen mens wat hij kon verwachten. De koningin droeg hoge hakken waardoor heur haar de bovenkant van de deurpost raakte en een beetje scheef zakte. Ze zag eruit alsof ze een nachtje had doorgehaald, met flinke wallen, en op haar wang een veeg mascara. De journalisten die de eerste vier rijen bezetten, schoven gespannen op hun stoelen. Er zat sensatie in de lucht, dat voelden ze. Uit haar handtas diepte de koningin een USB-stick op. De journalisten klikten hun opnameapparaten aan en uit terwijl een technicus de computer opstartte en een wit projectiescherm liet zakken. Vlak bij het podium speelde de minister-president nerveus met de punt van zijn stropdas. Hij had de koningin vooraf om een printje van de presentatie gevraagd maar dat niet gekregen. Zoals ze zich de laatste tijd gedroeg, dacht hij benauwd, was ze tot alles in staat.
De technicus gaf een seintje en de koningin beklom het podium waar ze met vaste hand de microfoon opnam en naar haar mond bracht. Haar nagels waren oranje gelakt.
‘Landgenoten,’ begon ze.
Recorders klikten aan.
‘Mijn toespraak van vandaag telt maar één sheet… Heet het een sheet?’ onderbrak ze zichzelf en keek naar de minister-president. Die knikte. ‘Eén sheet dus.’
Ze drukte op F5. Op het scherm verscheen een korte tekst in een sierlijk lettertype.

 

'Ik ben verdomme de koningin, en ik heb er geen zin meer in'

Het publiek hapte naar adem, de journalisten spraken opgewonden in hun recorders en de minister-president trok wit weg. Haastig probeerde hij het podium te bereiken. Daarvoor moest hij verschillende fotografen ruw opzij duwen. Hij had de koningin bijna bij haar mouw te pakken toen de brede deuren naar de zaal opengingen en een motor brullend binnenreed. De mensen in het publiek knipperden tegen het felle daglicht dat plotseling hevig naar binnen scheen. De koningin stapte beheerst van het podium, zette haar haar af en een helm op, en klom achterop de motor die even snel als hij gekomen was, met luid geraas verdween. In de stilte die volgde was alleen nog het kuchen van de mensen achterin te horen, die met een vies gezicht de uitlaatgassen wegwuifden.

Pas veel later was in de krant te lezen hoe de koningin naar het dichtstbijzijnde vliegveld was gebracht. Daar had ze een stewardess toevertrouwd dat het allemaal was begonnen met een onschuldig verzoek van de minster-president. Kort daarna steeg ze op in een vliegtuigje van easyJet – de meest oranje luchtvaartmaatschappij van Europa. Want hoezeer de koningin zichzelf ook als ruimdenkend zou typeren, als het om de nationale kleur ging, bleef zij erg traditioneel.